Taxuskever bestrijden? Zo pak je het effectief aan

Je kent het wel: je hebt net je tuin opgefleurd met mooie buxus, rododendrons of hosta’s en ineens zie je van die afgeknaagde bladeren met halve manen erin. Raar kunstwerkje, denk je eerst nog. Tot je ontdekt dat de dader geen kunstzinnige slak is, maar een taxuskever. Deze kever en z’n baby’s (larven) zijn echte nachtvreters. Ze graven tunnels en vreten wortels aan alsof het chips is. Geen paniek! Met een beetje kennis én een slimme aanpak kun je deze minimonsters aanpakken alsof je zelf een tuin-ninja bent.

Zo herken je een aanval van taxuskevers voordat het te laat is

De eerste signalen van een taxuskeverprobleem zijn eigenlijk best herkenbaar. Je ziet afgeknaagde randen aan je bladeren. Ze lijken wel met een koekjesvormpje uitgestanst. De volwassen kevers houden van een nachtelijk knabbelfeestje, dus overdag zie je ze amper. Wat je wel ziet? Planten die er ineens slap bijhangen, alsof ze de hele nacht zijn gaan stappen zonder water te drinken.

Wat er dan echt aan de hand is, zit onder de grond: larven die vrolijk aan de wortels zitten te knagen. Vooral jonge planten krijgen hierdoor een tik. Soms overleven ze het niet eens. Dat maakt het belangrijk om snel en goed te handelen als je dit gedrag opmerkt.

Wil je de taxuskever bestrijden, dan moet je dus én boven de grond én onder de grond in actie komen. Je pakt het beste zowel de volwassen kevers aan als de larven. Want anders speel je een eindeloos potje kevers-whack-a-mole waar je nooit wint. En zeg nou zelf, dat wil je echt niet.

Waarom aaltjes jouw geheime wapen zijn tegen larven

Klinkt misschien een beetje vreemd: wormpjes inzetten tegen kevers. Maar geloof me, aaltjes zijn de superhelden van de biologische bestrijding. Deze piepkleine beestjes – officieel heten ze nematoden – hebben maar één doel in het leven: larven opzoeken en uitschakelen als een soort mini-huurlingen. En het mooie is: ze zijn totaal ongevaarlijk voor jouw planten, huisdieren en zelfs je nieuwsgierige peuter.

Je mengt de aaltjes met water en giet het mengsel over de aarde rond je planten. De aaltjes kruipen naar beneden, snuffelen de larven op en hop – larve weg. Binnen een paar dagen merk je al verschil, vooral als je dit doet in het voorjaar of najaar. Dan zijn de larven het actiefst en hebben de aaltjes hun moment om te shinen.

Wat ook fijn is: deze methode is 100% natuurlijk. Geen chemische troep dus. Je helpt je tuin gezond te blijven, zonder het ecosysteem overhoop te gooien. Plus, het voelt een beetje alsof je een magisch elixer over je planten giet. Alleen dan zonder de toverstok.

Zo houd je je tuin blijvend taxuskever-vrij

Oké, je hebt de kevers aangepakt. Tijd om te chillen? Nog even niet. Het is slim om preventief te blijven handelen. Denk aan het regelmatig inspecteren van je planten op vraatschade. Pak ‘s avonds een zaklamp en speur je planten af – taxuskevers zijn dol op het donker, dus dan zie je ze het snelst. Best wel leuk eigenlijk, alsof je op keversafari bent in je eigen achtertuin.

Daarnaast kun je valletjes inzetten met stukjes aardappel. Snijd een aardappel doormidden, leg hem op de grond en til ’m na een dag of twee op. Bingo – kevers! Daarna is het een kwestie van wegscheppen. Ja, het is wat werk, maar beter dan je hele tuin kwijtraken aan die knagers.

En tot slot: zorg voor een gezonde bodem en sterke planten. Hoe gezonder je planten zijn, hoe beter ze bestand zijn tegen keveraanvallen. Dus lekker blijven voeden, snoeien en water geven. Denk eraan: jij bent de baas in deze tuin. Niet de kever.